EEN UNIE VAN ZON EN WIND:
De Europese Unie is ooit begonnen als een Europese Gemeenschap van Kolen en Staal. Wij kiezen voor een Unie die draait op energie uit zon, wind en geothermie. De eerste stappen naar een economie die draait op hernieuwbare energie zijn gezet. Zo bouwen we nu grote windparken op zee. Maar om de doelen te behalen die we wereldwijd in het Klimaatakkoord van Parijs hebben vastgelegd, dient er nog veel meer te gebeuren.
De Europese Unie breekt met de fossiele economie. In onze unie van zon en wind horen geen investeringen in fossiele energie: niet in kolen, niet in olie en niet in aardgas. Waterstof kan wel een belangrijke rol spelen als vervanger van aardgas in de industrie en als opslagmedium voor energie. Kernenergie biedt geen alternatief voor fossiele energie. Het heeft grote nadelen: kernenergie legt de rekening ook bij toekomstige generaties. Kernafval blijft voor honderdduizenden jaren radioactief. Bovendien is het gevaarlijk: het risico op een ongeluk is klein maar als het misgaat zijn de gevolgen immens. Uranium, dat wordt gebruikt in kerncentrales is ook een eindige grondstof die opraakt. Kernenergie heeft zijn langste tijd gehad en moet daarom zo snel mogelijk worden afgebouwd.
Lidstaten krijgen bindende doelstellingen voor het gebruik van hernieuwbare energie en voor energiebesparing. De uitstoot van broeikasgassen krijgt een hoge prijs. Dat zal bedrijven dwingen te zoeken naar alternatieven. Bij internationale klimaattoppen moet de Europese Unie een voortrekkersrol vervullen. Zeker nu de Verenigde Staten het laten afweten.
Als unie van schone energie, krijgt de Europese Unie een supernet voor groene stroom. Dit is een Europees netwerk van energiekabels dat schommelingen in het aanbod van groene energie opvangt. Zo kan zonne-energie uit het zuiden van Europa naar Noord-Europa en kunnen wind- en getijde-energie van de kustregio’s naar het binnenland. We beginnen aan dit supernet door regionale energienetten zoals die van landen rondom de Noordzee te integreren.